Nee (is ja)

Over (on)gewenst leerlinggedrag én het handelen van de leraar

Door: Ivo Dokman, Douwe van Dijk, Jordi Smit en Jorn Mocking

Introductie en doel
Een leraar heeft de verantwoordelijkheid en bevoegdheid om de lesinhoud én de interacties in en rondom het klaslokaal in goede banen te leiden. Dat lijkt voor een buitenstaander eenvoudig, maar is in de praktijk complex. In dit artikel besteden we aandacht aan de complexiteit van het ‘leraar-zijn’, door in te zoomen op een ogenschijnlijk simpel woord, namelijk ‘nee’. Een drieletterwoord dat elk jong kind al snel meekrijgt in de opvoeding en de leraar ook veel toepast als interventie. Er mag iets (ja) of er mag iets niet (nee). Met dit artikel hopen we leraren uit te nodigen om de interventie ‘opvoedkundige nee’ consistent en bewust toe te passen. Het is belangrijk om het effect van de interventie ‘nee’ in kaart te brengen. Dit doet de leraar door de les te evalueren en te reflecteren op het eigen handelen. Want ‘nee’ wordt in de praktijk al snel een ‘nee, komma’.

We starten dit artikel met een praktijkvoorbeeld. Daarna besteden we aandacht aan klassenmanagement en regievoeren. Vervolgens bespreken we de complexiteit van ‘nee’. Nee zeggen klinkt namelijk eenvoudig, maar er kan om verschillende redenen een ‘nee, komma’ ontstaan. Bijvoorbeeld wanneer een ‘nee’ alleen niet voldoende is of als een leraar twijfelt over zijn of haar eigen ‘nee’, waardoor er ruimte ontstaat. We werken verschillende varianten van de ‘nee, komma’ uit. Daarna betogen we dat een duidelijke ‘nee’ ook een heldere ‘ja’ is. Als er duidelijkheid is voor leerlingen en les- en gedragsroutines zijn ontwikkeld, kan een lichte hoofdschudbeweging van een leraar al voldoende zijn voor een leerling om te begrijpen wat er wél (ja) verwacht wordt. Het artikel ronden we af met conclusies.

0 reacties

Foto: Wikimedia

Meer publicaties